..
..
MIJN liefsten antwoord IK alvorens ze MIJ roepen
wie MIJ liefhebben boven al wat lief te hebben is
worden door MIJ gezegend daar ben IK heel de dag
ze hebben MIJ niet verstoten
zijn niet weggegaan van MIJ
IK ben daar IK woon daar
daar heb IK MIJN verblijfplaats
daar is MIJN woning
zij hebben MIJ toegang verschaft
MIJ binnengelaten
in al hun kamers
in al hun vertrekken
hebben MIJ lief boven al wat lief te hebben is
voor hen ben IK DE eerste geworden
het zijn de MIJNE zij volgen MIJ
waar IK ze ook leid
waar het ook doorheen moet gaan
ze geloven MIJ
volgen MIJ
vertrouwen MIJ
voor hen is het geloof vaste zekerheid geworden
zij vieren MIJ
loven MIJ
eren MIJ
leven in diep ontzag voor MIJ met MIJ
geen andere goden
geen afgoden
IK ben de eerste geworden
heel de dag verwachten ze MIJ
verwachten van MIJ
andere verwachting is niet meer
lopen over het water
het water is voor hen geworden een weg
een vaste weg
HOOFDWEG
ze letten niet op moeilijkheden
ze letten op MIJ
in alles wat ze doen
zien ze op MIJ
wachten op MIJ
verwachten MIJ
de MIJNE waar IK zo blij mee ben
omdat MIJN werken alleen zichtbaar kunnen worden
door mensen die MIJ tonen
die MIJ laten zien
die waar zijn
puur eerlijk rein
alle stof alle sluiers verbroken zijn niet meer is niet meer
zij laten MIJ zien
hier op aard
door hun leven
door hun standvastigheid
zij vieren MIJ
zij vieren het geloof in MIJ
het is hun lust en hun leven
alle twijfel overwonnen is niet meer
weg vertrapt weggedaan ver weg
het geloof is een vaste substantie geworden
die ze vast kunnen pakken
zij gaan die weg MIJN weg
weg over de golven
weg van vaste zekere zekerheid geworden
verwachten MIJ
verloochenen MIJ niet
zijn bij MIJ
van MIJ
op de dag en in de nacht
de nacht is voor hen als de dag
omdat ze lopen omdat ze slapen in MIJN LICHT
MIJN LICHT
wat al hun denken verlicht
zij zien MIJ elk moment en elk ogenblik
omdat ze MIJ geloven kunnen ze MIJ zien
zonder geloof ben IK niet te aanschouwen
zij zijn niet te vinden in praktijken waar IK niet kan zijn
de MIJNE maken MIJ waar
zijn het nieuwe Jeruzalem
MIJN volk MIJN mensen waar IK gestalte in krijg
zij hebben lief
zij vergeven
wat hen ook is aangedaan
spreken waarheid
leugen zal niet komen over hun tong
alles afgelegd
pijn genezen
het is MIJN rest ... rest voor de rest
die voorgaan met MIJ
die leven met MIJ
waar geen onmogelijkheden meer zijn
het zijn MIJN gezegenden
zij worden gezegend door MIJ
zijn door MIJ gezegend
dwars door helse vuren gegaan
maar niet omgekeerd
niet de vijand geloofd
eens
voorgoed met hem gebroken
daarom kan IK antwoorden alvorens IK geroepen word
omdat IK ze ken omdat daar geen geheimen zijn
geen versluierde wegen
zij kennen MIJ
de MIJNE MIJN volk
MIJN geliefden
MIJN beminden
MIJN nieuw Jeruzalem
stad uit MIJ geboren
stad verlicht van Boven neergedaald
om MIJ te tonen
en MIJN weg te gaan te bereiden
roepend in de wildernis
kom kom en ga met mij
zij leven zij gaan
zonen dochters die MIJ niet verloochenen
die belofte waargemaakt hebben
daar wacht de schepping op
de nieuwe tijd die aan het komen is
nieuwe volkomen vernieuwde aarde
vol recht en vol gerechtigheid
daar gaan zij met MIJ naar toe
MIJN weg bereidend
uit de chaos uit het geweld
zij laten zich leiden
zijn niet halsstarrig meer
volgen MIJ vertrouwen MIJ geloven MIJ
de MIJNE waar IK zo blij mee ben
hun vreugde en blijdschap is uit MIJ
volgehouden vastgehouden door MIJ
MIJ niet verlaten wat er ook geboden werd
of wat ook was of welke hete vuren ze ook voor kwamen te staan
elke proef doorstaan
door de oven van vernedering gegaan
de dingen van vroeger het is niet meer niet meer als een herinnering
de pijn is weg de angel eruit
mysteries opgelost
omdat bij MIJ hun heil werd gezocht
de MIJNE horen MIJ
luisteren niet naar valse dwaze stem
zij zijn van MIJ
hebben MIJN roepstem gehoord
geloven en vertrouwen MIJ twijfel is niet meer
ze zien MIJ
ze zien wat aan het komen is
ook al is het nog niet te zien met natuurlijke ogen
de Mijne lenen MIJ ogen
kijken met MIJ in de onzienlijke geestelijke wereld
waar IK werk en waar de vijand werkt
onzichtbaar
twee rijken in grote conflict in grote oorlog
maar de MIJNE zijn van MIJ voor eeuwig en altijd
verrukt ben IK over MIJN geliefden
zij worden door MIJ bemind
omdat ze zijn bij MIJ
"" weet ""
wie gedoopt wordt met Geest uit God
wordt evenzo gedoopt met vuur
vuur beeld van boze duivelse machten
machten die in Jezus Naam allen vertrapt en overwonnen moeten worden
wie het demonen kwaad niet overwint wordt erdoor overwonnen
de wereld staat in brand
niet letterlijk maar geestelijk
demonen trekken verder en verder op iedereen verslindend die ze krijgen in hun macht die doen wat zij zeggen te doen
demonen die zetten de aarde " in brand "
goud moet al door de oven want de slakken zouden het goud waardeloos maken
hoezeer de mens die niet verlost is van zijn slakken
hij moet ontdaan van allemaal
anders kan hij niet dienen de HEER
twee heren dienen gaat niet
er is er één de baas en dat is Hhij naar wie je luistert
die heeft het over jou te zeggen
scheiding moet worden gemaakt
twee Hheren dienen gaat niet
wat mag je spreken van geluk wanneer je gered bent uit allerlei rampen
pijnen ziektes
wat mag je spreken van intens geluk wanneer je ziet ZIJN HAND over je leven
ZIJN HAND die sterk maakt
ZIJN Hand vol van kracht
ZIJN HAND vol van liefde leiding
alleen maar
dan kun je dansen dan kun je zingen
dan ben je dankbaar intens dankbaar
wanneer je weet ik ben werkelijk van de HERE
HIJ is ECHT mijn VRIEND Raadsman Leider Arts
HIJ maakt mij klaar voor ZIJN GROOT PLAN
alles is HIJ voor mij
alles doet HIJ voor mij
HIJ is om mij voor mij en naast mij
HIJ gaat voor mij uit en bereidt mij de weg
wat een geluk wat een zaligheid
wat spreek ik van intens geluk want ik weet ik ben van de HERE
ik weet HIJ heeft ongekend groot plan
HIJZELF zorgt voor mij HIJZELF gaat voor mij uit
dat is pure zaligheid dat is absolute zekerheid dat is weten HEER U bent er U gaat voor mij uit
volkomen vertrouwen
volkomen weten
ik ben van de HERE elke minuut en elk ogenblik zorgt HIJ voor mij
wees blij wanneer je HEM zoekt je zult HEM vinden
omdat HIJ draagt een mantel van LICHT
je zult HEM zien jij die HEM zoekt
jij die verlangen hebt naar HEM
jij die walgt van onrecht het niet kan doen het niet kan laten bestaan
jij die voor HEM op de barricades staat
niet in jou krijgt de zwart jak kans
niet meer
jij die draag ZIJN mantel van LICHT
jij die de ZIJNE bent
gezocht en gevonden
gezien door de MAN in het LICHT
niet in jouw huis wordt de zonde getolereerd
niet bij jou niet in jouw niet met jou
jij bent geheiligd
door ZIJN Mantel Mantel in het LICHT
jij hebt ontmoet de Man die draagt de mantel van het LICHT
was verkocht en wilde maar één ding zijn als HIJ
ZIJN mantel dragen ZIJN vertegenwoordiger zijn
de satan wordt gevangen
zo de mens die het kwaad liefheeft
wie het kwaad doet valt in eigen kuil
wie niet breekt met onrecht wie niet breekt met zonde
wie niet verstaat ZIJN WOORD
wie niet wil verstaan
wie deal gesloten heeft met de moordenaar van het begin
ZIJN waarschuwing klinkt
ZIJN Woord spreekt
duidelijker dan duidelijk
nu in deze tijd
wie dragen
wie HIJ heeft aangedaan
mantel in het LICHT
mantel vol van LICHT
alleen maar LICHT
LICHT waar duister niet kan zijn
duister is niet meer
waar ZIJN LICHT IS
ZIJN LICHT heeft het opgeslokt
teniet gedaan
opengebroken
het zijn ZIJN LICHTDRAGERS
die niet verborgen blijven
HIJ stuurt ze op pad
HIJ beweegt hun hand en voet
wie van de HERE is leeft
nu straks tot in de diepste eeuwigheid
hij jubelt hij straalt hij schittert
zij draagt de mantel van het LICHT
jubel dans jij die HEM zoekt
je zult HEM vinden HIJ draagt ZIJN Mantel van het LICHT
daar kun je niet omheen daar kun je niet voor vluchten
HIJ heeft gezonden HIJ zendt
raak ZIJN geliefden niet aan raak ZIJN profeten niet aan
wie hen aan raakt raakt aan de Man gehuld in de mantel van het LICHT
Psalm 105
ZIJN verkorenen die HEM geantwoord hebben genieten Zijn koninklijke onschendbaarheid
HIJ zelf heeft hen aangedaan ZIJN mantel eveneens in het LICHT het volle LICHT het oorspronkelijke LICHT
zij zijn ZIJN vertegenwoordigers zij laten HEM zien
met elke stap
bewogen met diepe ontferming
armen die wijd open staan
het zijn Zijn ambassadeurs gekleed in ZIJN mantel die HIJ aangedaan heeft
mantel in het LICHT
zij ZIJN vertegenwoordigers die haten de zonde
die haten daden in het geniep gedaan
zij roepen op
keer je om bekeer je zolang het nog kan
mm
wees niet bang
wees NOOIT bang
denk aan onze ontzagwekkend grote GOD
die naast je staat en je voorgaat in de strijd
vecht voor je liefsten strijd ervoor
strijd tegen de boze geesten die hen belagen
spreek ze aan
die machten der duisternis
spreek in het gezag van JEZUS
en werp je pijlen op hen af
opdat vrij komt jou en mijn geliefden
vrij uit die stikdonkere gevangenis
onder de inktzwarte vloek vandaan
een vloek die alle zicht ontneemt
een vloek die werkt als een hand die je onder water drukt
je stikt eronder
bid bid onafgebroken
stop daarmee niet
denk aan HEM die naast je staat
je voorgaat
hef je hoofd omhoog
wees dapper en verslap niet
wees ZIJN gezegende
wees de ZIJNE
besef dat wanneer je van HEM bent
je niet meer bent van jezelf
je hebt jezelf geschonken
dan ben je ZIJN eigen eigendom geworden
en mag en kan HIJ doen met jou wat HIJ wil
hoor dan ook naar HEM
hoor alleen naar HEM
wees gehoor-zaam
besef je positie
besef van wie je bent
hiertoe is nodig
alles op te ruimen wat in de weg staat
om zo zelf vrij te zijn
vrij van elke vorm van zonde
vrij van elke macht van zonde
vrij van elke boze geest van elke dwingeland
doe weg ruim op
opdat zij die bij je horen
ZIJN vrijheid zullen zien
hoe moet het gaan als HIJ geen strijders heeft
als iedereen opgeeft
bang is
niet zijn hoge laarzen aan doet
niet zijn helm opzet
als iedereen de zonde maar voor lief genomen heeft
dan geen dappere strijders GODS
geen gelovigen geen doorzetters
geen mensen die vertrouwen
hoe moet HIJ doen als HIJ geen arbeiders heeft
laat HEM voorgaan
en zeg HERE wat U ook zegt .. ik volg
hoor naar HEM wees uiterst gehoorzaam
zie voor je je liefsten geketend en zo benauwd zij wachten op redding zij wachten op GOD
draag verantwoordelijkheid
voor elke zonde hoe klein of groot ook is of was
laat niets bestaan
HIJ wast schoon wat werkelijk bij HEM wordt gebracht
HIJ gaat voor wie werkelijk wil
en HEM voor laat gaan
wie gehoorzaam is
tot in het kleinst detail
zie voor je
je geliefden
zou dan iets te zwaar of te moeilijk voor je kunnen zijn
draag verantwoordelijkheid voor alles wat je deed en hebt gedaan
laat mijn en jouw woorden mijn en jouw daden overeen komen met de ZIJNE
hoe kan ik hoe kun jij anders ZIJN dienstknecht zijn
dan nis het niets anders dan een mooie façade
er zit geen waarheid er zit geen echtheid in
eerst jezelf vrij
dan je liefsten om je heen
dan de schepping
JEZUS met de ZIJNEN die HIJ klaar aan het maken is
een jubeltijd breekt aan
feest ongekend feest zo groot
een nieuwe aarde volkomen vernieuwde aarde
staat voor de deur
HIJ maakt klaar
met de ZIJNEN die HEM volkomen gehoorzaam zijn
die HEM verstaan
en doen wat HIJ zegt
gebroken met al het duister
het duister overwonnen
LEES PREEK ONLINE
De Heere heeft grote dingen gedaan. Koning Kores heeft de ballingen in Babel vrijheid gegeven om terug te gaan naar het beloofde land. Wat een ongekende zegen. De tijd van het oordeel is voorbij. Er breekt een nieuwe tijd aan van hoop en verwachting.
Blijdschap alom! Totdat… Blijkt dat er iets goed mis is. Van de teruggekeerde ballingen zijn er, die ondertussen getrouwd zijn met heidense vrouwen. Het heilige zaad (zoals staat in vers 2) heeft zich vermengd met de volken dezer landen. En dat had de Heere nadrukkelijk verboden. Kijkt u maar in vers 12: zo zult u nu uw dochters niet geven aan hun zonen, en hun dochters niet nemen voor uw zonen.
Waarom niet? Waarom, jongelui, zou je niet trouwen met een ongelovige?
De reden zit in je eigen hart, dat zo gemakkelijk meegetrokken wordt om de dienst van de Heere te verlaten. En zo kan je huwelijk letterlijk je ondergang worden. Maar een huwelijk in de Heere wordt gezegend met de gunst van de Heere.
Als extra hoort dat zich en van de leiders, en van de priesters en de levieten, en van het volk vermengd hebben met de afgodendienaars, dan breekt zijn hart.
Hij is geschokt, hij is verbijsterd, hij is verslagen.
Hij scheurt zijn kleding en trekt, als teken van rouw, haar uit zijn hoofd.
Waarom?
Om die vermenging van het heilige zaad, van het volk van God, met de mensen van de wereld.
Om het vervagen dus van de grens tussen kerk en wereld.
Niet omdat de wereld anders is geworden, maar omdat de mensen van de kerk wereldse patronen in hun leven hebben binnengehaald. Ze zijn, zoals de Bijbel dat noemt: gelijkvormig geworden aan deze tegenwoordige wereld.
Omdat ze de dingen die de ongelovige mensen leuk vinden, ook leuk zijn gaan vinden. Ze zijn hetzelfde gaan denken en voelen, gaan kijken en luisteren, gaan willen en doen.
Zijn leven om te consumeren? O, wij ook.
Zij leven voor het plezier van nu? O, wij ook.
Terwijl je juist zou verwachten, naar de eerdere straffen om hun zonden, en naar de grote dingen die de Heere gedaan heeft (nu Hij hen verlost heeft uit Babel), dat ze ver van de zonden zouden wegblijven en de Heere zouden dienen. Maar niet…
God heeft grote daden gedaan. Maar toch, gewoon werelds leven. Het hart gericht op de dingen die voorbijgaan, zonder besef van Gods heiligheid en de aanstaande eeuwigheid.
Is het ver weg? Of gaat Ezra 9 ook over ons?
Is er geen reden om met Ezra op deze dag ook biddend schuld te belijden?
Want zal er vrucht komen op ons werk, op het werk in de kerk, op de prediking van het Woord, dan kan en zal dat alleen maar zijn door de weg van het gebed.
Als wij, als predikant, kerkenraad en gemeente, samen bidden wat Ezra bidt in Ezra 9: 15.
Ik beschouw deze tekst als een samenvatting van zijn hele gebed, wat wij vanavond met Gods hulp gaan overdenken.
De tekst voor de preek kunt u vinden in Ezra 9:15:
Zie, wij zijn voor Uw aangezicht in onze schuld.
We overdenken met elkaar (dat is het thema voor de preek van vanavond):
Het gebed van Ezra
Er zijn 3 aandachtspunten. We letten samen eerst op de voorbereiding op zijn gebed, dan op de inhoud van zijn gebed, en als laatste op de houding van zijn hart in zijn gebed.
Dus: het gebed van Ezra”
- De voorbereiding op zijn gebed
- De inhoud van zijn gebed
- De houding van zijn hart in zijn gebed
Als eerste dus:
1. De voorbereiding op zijn gebed
Want, zo lezen we in vers 5: En omtrent het avondoffer stond ik op uit mijn bedruktheid, als ik nu mijn kleed en mijn mantel gescheurd had; en ik boog mij op mijn knieën en breidde mijn handen uit tot den HEERE mijn God.
We staan 4 dingen in dit vers.
a. Het eerste is: Ezra staat op, omtrent de tijd van het avondoffer.
Het is het moment waarop het lam geslacht wordt tot verzoening van de zonden. Als beeld van het komende Lam Gods, dat geslacht is op Golgotha.
Het is het moment waarop de priester met het reukwerk het heilige binnengaat, als beeld van de voorbede van de Heere Jezus Christus in de hemel.
Het is een moment waarop eeuwen later de roep klinkt aan het kruis: mijn God, mijn God, waarom hebt u mij verlaten?
Een gebed dat onbeantwoord bleef…
Het is de diepste reden, dat God dit gebed van Ezra en van zulke bidders wel hoort.
b. Het tweede wat we in dit vers zien is: hij staat op uit zijn bedruktheid.
Hij brengt zijn grote innerlijke beroering en dieper hou enigszins tot rust en stilte. Om te kunnen bidden.
Soms moeten we onze heftige emoties enigszins tot rust brengen, voordat we in stilte onze nood en onze gebeden voor de Heere neerleggen.
c. Het derde wat er staat in vers 5 is: hij buigt zijn knieën.
Dat, geliefde gemeente, werd bepalend voor de toekomst van deze teruggekeerde ballingen. En dit wordt ook bepalend voor onze toekomst.
Of we leven in de zonde (ook als kerkmensen), of leven van genade…, of we leven voor de dingen van nu, of gericht op God en de hemelse heerlijkheid… Dat wordt niet bepaald door ons uiterlijk, door wat we zeggen of door wat we in het openbaar bidden, maar door onze verborgen gebeden. Hier in het openbaar door Ezra ons voorgedaan.
In stilte gebogen, nederig, ootmoedig, klein voor God, smekend om genade.
Dit is het hart van christen zijn, van de gemeente zijn: buigen en bidden.
We zullen geen echte vrede en blijdschap ervaren, zonder dit gebed.
d. Het 4e wat er staat in vers 5 is: hij buigt zijn knieën en… hij breidt zijn handen uit, tot de HEERE, zijn God.
Deze buigende man weet Wie hij aanroept. De HEERE, zijn God. De belovende God van het verbond. Die hij door genade kent. En Die hem kent. Die rechtvaardig is. En die om Christus wil ook genadig is voor zondaars.
Hij breidt zijn handen uit om zijn schuld aan de Heere aan te bieden: Heere, hier is mijn schuld, hier is onze schuld. Neem die genadig aan, o Lam Gods.
Hij breidt zijn handen uit, zijn lege handen, wachtend op het antwoord van Gods genade.
Laten we zo, gemeente, ieder voor zich, ouderen en jongeren, in de tijd die voor ons ligt de Heere bidden: Heere, hier is onze schuld. Heere, wij wachten op u en op uw ontferming.
We gaan verder met ons tweede aandachtspunt:
2. De inhoud van zijn gebed
Je zegt: het is eigenlijk een merkwaardig gebed, dat gebed van Ezra. Want hij stelt eigenlijk geen enkele vraag. Kijk het thuis nog maar eens na.
Als wij bidden, hebben wij vaak een hele verlanglijst. Mogen we voor het komende seizoen dit en dat van U? Eten, drinken, kleding, succes met mijn studie of met mijn zaak, gezondheid, een goed of beter inkomen…?
Zeker, we mogen bidden (dat heeft de Heere ons Zelf geleerd) om ons dagelijks brood, om de dingen die we nodig hebben.
Maar wel altijd in het diepe besef: beter dan dit tijdelijke leven, is Gods goedertierenheid.
Denkend aan de woorden van de Heere Jezus: zoek eerst het Koninkrijk Gods en zijn gerechtigheid, en al deze dingen zullen u toegeworpen worden.
Ezra heeft geen vragen. Hij spreekt tegen de Heere uit wat leeft in zijn hart, en hij belijdt zijn schuld.
Gemeente, wij moeten minder vragen om al die dingen die we willen hebben, terwijl we eigenlijk niet weten of het wel goed voor ons is.
Wij moeten meer op onze knieën ons hart aan de Heere voorleggen en schuld belijden.
Hoe?
Net als Ezra. Een paar dingen vallen er op in zijn gebed.
a. Het eerste wat opvalt is dat Ezra zichzelf in zijn gebed plaatst voor Gods aangezicht.
Bidden is gemakkelijk, als je het voor jezelf doet. Als een soort ritueel. Zoals je je tanden poetst, zo bid je ook. Zonder erbij na te denken. Je bidt gewoon…, Voor jezelf.
Bidden wat anders als je diep van binnen voelt en weet: ik sta voor God. Voor Gods aangezicht. Voor hem, Die alles weet en ziet. Hij doorgrondt en kent mijn hart, hij weet mijn zitten en opstaan. Hij kent van verre mijn gedachten.
b. Het 2e wat opvalt in zijn gebed hangt hiermee samen. Wij zijn van het zelf altijd geneigd om de Heere te wijzen op verzachtende omstandigheden: Heere, ik deed zonde. Nou ja, was het eigenlijk wel zonde? Want ik deed het eigenlijk niet expres, ik bedoelde het goed. Het was eigenlijk een vergissing.
Maar voor het alwetende aangezicht van de Heere kan en wil Ezra niet anders dan de Heere eerlijk wijzen op verzwarende omstandigheden.
Kijk maar in vers 7: we zijn altijd al zo geweest, zoals we nu zijn. Onze vaders deden precies hetzelfde. Het zit in ons bloed.
En kijk maar in vers 8 en 9. Wij hebben genade van u gekregen. U hebt het hart van Koning Kores geneigd. U hebt ons verlost uit de ballingschap. U hebt ons niet verlaten. We hebben nieuwe hoop voor de toekomst gekregen. Maar toch…, Ondanks dat alles, hebben wij u verlaten.
Laten we in ons bidden, gemeente, nooit vergeten: we hebben gezondigd tegen Gods goedheid en zegen. En wat verzwaart dat onze schuld.
c. Het derde wat opvalt in zijn gebed is: hij rekent zichzelf bij dit alles, bij degenen die gezondigd hebben.
Hij wijst niet met zijn vinger, hij geeft geen schuld aan anderen. Hij is als priester, als ambtsdrager een met het volk, zoals ook wij behoren te zijn.
Als hij bidt en belijdt (en, gemeente, laten we dat ook samen doen op deze biddag)…
In vers 6: onze ongerechtigheden zijn vermenigvuldigd tot boven ons hoofd en onze schuld is groot geworden tot aan de hemel.
Als ik bij u wil ontdekken de lichte kijk naar al mijn en onze zonden, dan groeit de stapel al groter en groter, tot boven mijn hoofd, tot aan de hemel.
In vers 7: van de dagen van onze vaders aan zijn wij in grote schuld tot op deze dag.
Met andere woorden: het is niet nieuw. We zijn altijd zo geweest. Zo zijn wij. Wij hebben allen gezondigd en derven de heerlijkheid Gods ().
En ondanks al uw goedheid en zegen hebben wij (vers 10): uw geboden verlaten.
Terwijl we wisten, dat u ons had verboden om ons te vermengen met de wereld.
We wisten het, maar we deden het lekker toch. Bewust, moedwillig, opzettelijk.
Gemeente, we weten wat zonde is: verzet tegen God, afval van God, opstand tegen God. En we doen het toch.
Dieper buigt Ezra in zijn schuldbelijdenis, als hij uiteindelijk zegt in vers 14: we waren het waar het als u ons verteerd zou hebben. Maar in uw genade en geduld hebt u dat niet gedaan.
Het zijn de goedertierenheid in des HEEREN, zegt Jeremia, dat wij niet vernield zijn, dat zij een barmhartig heden geen einde hebben (klaagliederen 3: 22).
Ezra legt zijn schuldige hart voor de Heere neer. In onze tekst, in vers 15: Zie, wij zijn voor Uw aangezicht in onze schuld; want er is niemand die voor Uw aangezicht zou kunnen bestaan, om zulks (dat wil zeggen: om dit).
Gemeente, zal er leven komen in onze dorre doodsbeenderen, zal de Geest des Heeren dit huis doorwaaien, zal deze plaats bewogen worden vanwege de stem van God spreken…, Zal de winter overgaan, zullen de bloemen gezien worden in [plaatsnaam], zal de zangtijd, zal de lente genade raken, zal de stem van de tortelduif gehoord worden in ons land, zal de stem van Christus gehoord worden in de prediking van het evangelie, zal er een tijd van geestelijke bloei en opwekking aanbreken in deze laatste dagen, het zal alleen zijn, het zal alleen kunnen door de weg van schuldbelijdenis: diep gebogen, schuld belijdend, handen uitstrekkend naar God.
Maar wel: voor Gods aangezicht, onder de geur, onder de reuk van het avondoffer, onder de geur, onder de reuk van het kruis. Voor Gods aangezicht, aan de voeten van Christus, die nooit zonde gekend en gedaan heeft, maar vrijwillig en vol zondaarsliefde de schuld van zulke zondaars op zich nam.
Hier wordt ons, lieve vrienden, door Ezra de weg gewezen.
Laten wij dan toch ook zeggen: wij hebben gezondigd! Wij hebben gedaan wat kwaad is in uw oog.
Maar niet zonder onze handen uit te strekken naar Hem, Die zo van harte bereid is om onze ongerechtigheid te verzoenen en om onze schuld weg te nemen. Die ons uit de grond van Zijn hart toeroept: Wend u naar Mij toe en word behouden. Kom tot Mij, u die vermoeid en belast bent, Ik zal u rust geven.
Ezra buigt voor God. Letterlijk, op zijn knieën. Laten we dat, gemeente, vooral ook doen. Veel in de eenzaamheid, letterlijk buigend bidden voor God.
Maar Ezra buigt ook in zijn hart heel diep voor God, als hij zegt in vers 15: O HEERE, God Israëls, U bent rechtvaardig.
Als berouwvolle zondaars erkennen we dat God rechtvaardig is. En dat wij geen rechten hebben. Dus buigen we diep. Maar niet wanhopig, niet zonder hoop. Want juist in dat buigen voor God, trekt de Heere ons met liefde naar hem toe. Geeft hij ons hoop, op Hem!
En dus zegt Ezra niet: Heere, u bent rechtvaardig, laat ons nu maar omkomen.
Hij buigt voor God, maar grijpt de Heere tegelijkertijd in zijn schuldbelijdenis vast. Pleitend op, wijzend naar…?
Niet naar iets van zichzelf of van het volk. Maar naar Gods naam: HEERE (met 5 hoofdletters geschreven), trouwe God van het verbond. Wij hebben u, o onze God, verlaten. Daarom is onze schuld veel groter, dan van die mensen die u niet kennen, die niet gedoopt zijn. Maar in uw trouw, verlaat ons niet! O, God van Israël! O, onze God!
Die toch gezegd hebt: ik zal u tot een God zijn.
Dit is geen vrijpostig pleiten. Zo in de trant van: Heere, beloofd is beloofd. Vanzelfsprekend zult u ons genadig zijn.
Dat de Heere zijn naam over Israël, over ons heeft uitgesproken (over ons in het sacrament van de heilige doop) zijn naam en zijn trouw over zo’n ontrouw volk, dat geeft uiteindelijk een veel diepere dimensie aan het gebed van Ezra, zoals we gaan zien in ons derde punt:
3. De houding van zijn hart in zijn gebed
a. Het hart van Ezra is als 1e vol schaamte.
Kijk maar in vers 6: En ik zeide: Mijn God (u bent altijd trouw geweest, u hebt het teken van uw trouw aan mijn lichaam getekend), ik ben beschaamd en schaamrood om mijn aangezicht tot U op te heffen, mijn God.
Berouw gaat over schuld. Maar is ook onlosmakelijk verbonden aan schaamte.
Denk maar aan de tollenaar: hij staat van verre, hij wil ook zelfs de ogen niet opheffen naar de hemel, hij buigt beschaamd zijn hoofd en slaat op zijn borst: o God, wees mij zondaar genadig (Lukas 18: 13).
Het is diepe schaamte in Ezra’s hart. En de Heere geve dat ook ons. Schaamte die zich verdiept, als we denken aan onze God. Hij heeft ons gezegend, hij heeft ons gezorgd, hij heeft ons gedragen en verdragen en beloofd ons tot een God te zullen zijn. Maar wij hebben niet anders gedaan dan proberen om ons aan hem en de zegen van zijn verbond te ontworstelen, om onze eigen zin te doen en van hem weg te gaan.
Het past ons om te bidden: O Heere, onze God, wij zijn beschaamd en schaamrood om ons aangezicht tot U op te heffen, o onze God.
b. Er is schaamte in zijn hart, en (in de tweede plaats) ook: sprakeloosheid.
Kijk maar in vers 10 en 11. Daar zegt Ezra: En nu, wat zullen wij zeggen, o onze God, na dezen? Want wij hebben Uw geboden verlaten, die U geboden had door den dienst Uwer knechten, der profeten.
Hij is verbaasd, hij is sprakeloos: Heere, wat moeten we zeggen? We zijn verloren. En nu? Hoe moet het toch verder? Kan het ooit nog goed komen? Onze schuld is zwaar, we hebben Uw wetten geschonden.
c. Er is schaamte in zijn hart, verbazing, en ook (in de 3e plaats): vrees.
Kijk maar in vers 14: Zoudt U niet tegen ons toornen tot verterens toe, dat er geen overblijfsel noch ontkoming zij?
Zou u ons niet wegdoen van voor uw ogen, Heere? Het zou rechtvaardig zijn. We zouden u geen ongelijk kunnen geven.
Schaamte, sprakeloosheid en vrees tekenen het hart van de biddende Ezra.
En wat doet hij daarmee? En wat doet u, met uw schuldige hart, daarmee?
Hij legt zich neer aan Gods voeten. We horen geen vragen. We horen de onhoorbare stilte van een gebroken en verslagen hart. Het doet denken aan Psalm 38, waar we samen uitgezongen hebben: zie mij, HEERE, tot u vluchten!
Ezra legt zich in zijn gebed aan Gods voeten. Hij wacht op God.
En de Heere laat hem buigen aan Zijn voeten. En zo is de Heere nog steeds.
Kom dan toch, zondaars, vol van schuld, schaamte en nood. Er is plaats bij God. Om te buigen en te wachten aan Zijn voeten.
Ezra legt zich in zijn gebed aan Gods voeten. Hij wacht op God.
Op de tijd van het avondoffer, waarin het onuitgesproken gebed is opgesloten: Heere, alstublieft, om het Lam! Doe verzoening over onze zonden om het bloed van het Offer.
Wat zal het komende seizoen gezegend worden, als we zo, gemeente, buigen aan Gods voeten: schuld belijdend, vol van schaamte, diep onwaardig, met het oog op het grote Avondoffer, het Lam Gods.
Laat ons, gemeente, biddend de weg gaan, die de Heere ons hier wijst.
Laten we buigen aan Zijn voeten.
Laten we breken met de zonde, zoals ze ook gaan doen in Ezra 10.
Laten we onze zonden belijden, al onze overtredingen van al Gods geboden.
Laten we ons met schaamte vernederen voor Gods alwetendheid.
En laten we onze verslagen harten richten op het grote Avondoffer, het Lam Gods.
Het is de Heere Zelf, de trouwe God van het verbond, Israëls God (o, zondaars, schep moed!), Die belooft: Als u die weg gaat, van bekering en berouw (en ik wil u daar brengen!), dan zal Ik uit enkel genade uw afkeerdingen genezen. Dan zal Ik om het geslachte Lam, ten tijde van het avondoffer geslacht op Golgotha, dan zal ik om de gekruisigde Christus uw zonden verzoenen, uw schuld bedekken en nooit meer op u toornen of op de schelden. Dan zal Ik Zelf degenen die treuren vertroosten.
Gemeente, er is genade, overvloeiende genade voor de grootste van de zondaars!
Als wij bidden met Jeremia: Hoewel onze ongerechtigheden tegen ons getuigen, o HEERE, doe het om Uws Naams wil; want onze afkeringen zijn menigvuldig, wij hebben tegen U gezondigd.
Als we de hoop op onszelf opgeven, met een gebroken oog zien op de koperen slang, op de verhoogde Christus, dan zal hij onze schuld betalen en ons terugbrengen tot de vrede met God.
Daarom, wie u ook bent: dit is de weg. Leg u biddend aan zijn voeten.
Wie tot Hem komt, zal hij geenszins uitwerpen.
Laat ik tot slot, gemeente, een paar verschillende soorten mensen onder ons aanspreken.
a. In de 1e plaats: u die niet bidt, biddeloze mensen.
Het loopt zo niet goed met u af. U bent op weg naar uw eeuwige ondergang.
Kom tot bezinning. Ga uw knieën buigen en uw schuld belijden voor God.
U bent niet overtuigd van uw ellende? Vraag er dan om. De Heere wil het u geven.
U ziet uw zonden en hemelhoge schuld niet? Vraag er dan om. Want de Heere opent ogen der blinden. En laat u alstublieft waarschuwen.
De weg naar de vrede met God, de weg naar de hemel is een weg van berouw, van schaamte en vernedering voor God.
De weg van plezier hebben, van het consumeren van de dingen van deze tijd, van leven voor het hier en nu, is de weg naar de hel.
Beef toch (zoals staat in vers 4) voor het Woord van de Heere, en buig voor hem.
Onze lieve Heere en Zaligmaker is bereid om uw hart te breken, om uw ogen te openen, om uw schuld te vergeven en om u met God te verzoenen.
Bekeer u dan toch van uw zonden. Breek met de afgoden van deze tijd.
Word wakker uit uw dodelijke slaap. En zoek de Heere terwijl hij te vinden is.
En laat u vandaag nog met God verzoenen. Want misschien is het morgen te laat.
Wij bidden in stilte met en voor u, zoals Ezra ook bad voor degene die hem lief waren: o onze God, breek toch het hart van al degenen die onbekeerd op weg zijn naar de grote ontmoeting met u. Open toch vanavond de ogen van de blinden!
b. Ontwaakte zondaars, wakker geworden uit uw dodelijke rust.
U voelt iets van het gewicht van uw zonden. U ziet iets van het dodelijke gevaar van uw leven.
Laat u niet in slaap wiegen. U moet met God verzoend worden.
Rust dan niet op wat u hebt of op wat u mist. Maar leg u met al uw nood en dood, net als Ezra, aan Gods voeten, aan de voeten van Christus.
Zeg met Jakob: ik laat u, Heere, niet los, tenzij u mij zegent.
Zeg met de tollenaar: over God, wees mij zondaar genadig.
Zeg met de blinde Bartimeüs: zone Davids, ontferm u over mij.
Geef het niet op. Vind geen rust in een andere manier van leven, in uiterlijke godsdienst, in innerlijke ernst. U hebt de Zaligmaker nodig, u hebt Christus nodig. Eerder mag u geen rust vinden.
Hij is bereid om u genadig te zijn. Hij breidt zijn handen tot u uit.
O zondaars, kom. Christus is bereid om uw hart te nemen.
Laat u alles afnemen en neem hem door Gods genade aan, op zijn voorwaarden alleen. Geef aan hem uw verloren, onwillige en vijandige hart, uw zonden en uw schuld, en hij zal u brengen tot de zalige ruil: onverdiende genade en gerechtigheid voor uw hemelhoge schuld, en u zult voor eeuwig zijn eigendom zijn.
c. Kinderen van God, geliefde medechristenen.
Een helder kenmerk van een oprecht christen is dat hij of zij rouwt over eigen zonden en over de zonden van anderen.
Want onze zonden doorsteken het hart van onze lieve Heere en Zaligmaker. Als de Heilige Geest ons dat laat zien (voor het eerst of opnieuw), dan wordt de profetie van de profeet Zacharia werkelijkheid: zij zullen Mij baanschouwen, Dien zij doorstoken hebben; en zij zullen over Hem rouwklagen als met de rouwklage over een enigen zoon; en zij zullen over Hem bitterlijk kermen, gelijk men bitterlijk kermt over een eerstgeborene.
Dat is wat Paulus luidt uitroepen: ik, ellendig mens.
Mijn zonden tegen Gods wet zijn bitter. Maar dat ik mijn Zaligmaker ermee doorsteek, wat een diep ellendig mens ben ik!
Maar onze zonden en schuld te dringen ons ook om blijvend en steeds weer te zien op dat geslachte Godslam, op de Heere Jezus, door wiens striemen wij genezen zijn. Op Hem, van wie Johannes zegt: hij is een verzoening voor onze zonden.
En dat zien op Jezus, leert ons om ootmoedig te zijn, zoals ook hij ootmoedig was en nederig van hart.
Dat zien op Jezus leert ons om de zonden van anderen voor God te belijden, als zijnde ook onze zonden.
En dat zien op Jezus dringt ons ook tot een heilig leven. Want wie zou de Zaligmaker, die ons zo uitnemend heeft liefgehad, ooit opnieuw willen doorsteken?
Onze heiligmaking groeit dus niet op de bodem van onze goede voornemens. Ze is niet het resultaat van de eindeloze vraag: wat zal ik doen om beter te worden?
Nee, onze heiligmaking groeit aan de voet van het kruis. Waar ons zien op de gekruisigde Christus ons in gebed en geloof vernieuwt naar Zijn beeld.
Gemeente, wie u ook bent, laten we ons in het komende seizoen zo voor de Heere biddend neerleggen.
Dan zal hij ons, midden in onzekere en bange tijden, geven wat we nodig hebben voor ons dagelijkse leven. Maar vooral ook: zijn gunst en genade in Christus.
Komt en laat ons wederkeren tot den HEERE, want Hij heeft verscheurd en Hij zal ons genezen; Hij heeft geslagen en Hij zal ons verbinden (Hosea 6: 1).
preek van Ds. J IJsselstein https://leespreken.nl/
...
volg MIJ en MIJ alleen
wijk niet af van MIJ en MIJN woorden
niet naar links en niet naar rechts
volg MIJ
let nauwlettend op MIJ
doe wat IK zeg
houd vol en wees sterk
verwacht MIJ en verwacht van MIJ
ja verwacht alleen van MIJ
ga geen banden aan met hen die MIJ niet toebehoren
die niet van MIJ zijn
MIJ niet eren MIJ niet leven
voor wie zich houdt aan MIJ en MIJN woorden
dan zal al het vijandelijke een voetbank worden
voetbank op voetbank zal het zijn
overwinning op overwinning
zo zal het leven zijn
voor hen die MIJ volgen die MIJ leven zoals IK bedoel
dan zal elke voetbank ten HEMEL rijzen
zo hoog doet HIJ gaan wie HEM trouw zijn en HEM niet verlaten
wie HEM geloven en vertrouwen wie alles uit ZIJN HAND verwachten
'' alles doe IK voor MIJN getrouwen zegt de HERE
zij die MIJ liefhebben boven al wat lief te hebben is ''
'''al MIJN beloften vervul IK HEERLIJK voor de MIJNE die MIJ trouw zijn'''
voor hen die niet afwijken van MIJ
aanbid MIJ met je leven
dan zul je MIJ zien
MIJ en MIJN wonderen
Jozua 23
wie niet vertrouwen durft op JEZUS die vlucht
die vlucht in eten drinken vakanties pleziertjes
maar niets zal hem brengen geluk
niets zal hem brengen zekerheid
verder en verder raakt hij af van zichzelf en van GOD
ja van iedereen
wie zijn toevlucht heeft genomen tot GOD
wie HEM vertrouwen durft
heeft zekerheid
heeft vaste zekerheid
hij is gelukkig zij is zalig
wie GOD kent door JEZUS heen is de gelukkigste mens op aard
de zekerste van iedereen
wie niet vlucht uit JEZUS handen
daar zal HIJ zich aan betonen
wanneer je je zeker van JEZUS weet
heb je altijd IEMAND die voor je opkomt
HIJ laat je NOOIT alleen
je bent van HEM je bent ZIJN ZAAK
'' met GODS HULP lukt alles ''
lieve jij mag ik je zeggen
want die vraag is er zo vaak
jij doet dit zomaar even
nee dit doe ik niet zomaar even
doe ik dit alles zomaar even ?????
schud ik dit leven GODS zomaar uit mijn losse pols
heb ik die zekerheid die blijdschap en die vreugde
zomaar in mijn schoot geworpen gekregen
heb ik dat ontvangen en gekregen voor niets
hoef ik daar niets voor te doen
ben ik gewoon een geluksvogel ??
NEE
JEZUS volgen JEZUS liefhebben
dat is hard dat is heel hard werken
dat is nooit iets meer kunnen en willen doen
waar JEZUS niet naast kan staan
dat is nooit meer ergens naar kijken waar HIJ niet naar kan kijken
dat is HEM nooit verloochenen
dat is opkomen voor HEM altijd
laten waar HIJ niet bij kan zijn
'' verloochenen is zeggen ik ken U niet ik houd mijn mond anders laten ze mij vallen ''
'' ik geloof HEM door en door en 1000000 % in alles en met alles ''
ik put niet uit andere bronnen
heb geen andere doelen
heb niets waar mijn hart zo vol van is dan van HEM
JEZUS
mijn VRIEND der VRIENDEN
ik strek me uit naar HEM met heel mijn hart en met heel mijn leven
HIJ is mijn alles
HIJ is mijn vervulling voldoening en absolute zekerheid
je kunt JEZUS niet dienen als HIJ niet absoluut de eerste voor je is
als je geen rekening met HEM houdt
dan is leven met HEM onmogelijk
ja op papier kun je een christen zijn
maar in niets blijkt het
je bent exact zoals de mensen in de wereld
andere liefdes andere doelen
andere prioriteiten
wat een pijn wordt HEM daar mee gedaan
nee JEZUS volgen is elke dag een keus
een keus die sterker en sterker aan het worden is
in het leven en in het doen
het is een willen een absoluut willen
een zeggen JEZUS nooit laat ik U alleen
nooit put ik uit een andere bron
ik wil U en alleen maar U
ja
ik wil JEZUS volgen
HIJ is mijn grote grote liefde
en wat het me dan ook kost
het volgen van JEZUS
ja heel veel breuken
heel veel vervolging
alleen komen te staan
omdat iedereen dit wil maar er niets voor heeft
een ieder die ik vertel over mijn leven
zegt dit wil ik ook
dat geluk
dat zekere weten
maar wie heeft er iets over voor HEM
wie breekt met dat wat niet uit JEZUS is
niemand bijna niemand
het maakt me niet uit
ik weet nu wie niet bij mij hoort hoort ook niet bij JEZUS
en wie wel bij mij hoort komt terug
en heeft berouw
keuzes maken radicaal zijn
ik word er zo sterk van
want iedere keer blijkt
JEZUS is de meerdere
ZIJN wil doen
is absoluut geluk
keuzes maken die HIJ me zegt
ja het doet pijn maar HEM pijn doen dat is onmogelijk voor mij
daar kan ik niet mee leven
JEZUS is mijn leven
en dat vraagt elke dag opnieuw keuzes
radicale keuzes
die me hoger en hoger opvoeren dichter en dichter naar HEM toe brengen
mijn hart is vol van HEM
HIJ is mijn liefste mijn aller aller liefste VRIEND
voor HEM doe ik alles voor HEM laat ik alles
JEZUS volgen en HEM dienen is een keus
een radicale keus
anders gaat het niet
bereken je kosten wanneer je met HEM leven wil
zeg geen
ja wanneer je niet alles voor HEM over hebt
van onschatbare waarde
bent U
U bent werkelijk met niets en niets te vergelijken
het mysterie het groot geheim van het leven met U is van een waarde die onschatbaar is
dit zijn de kosten die weinigen heel weinig betalen
alleen wie vermogend is en van hoge komaf
die zal vinden de weg
het maakt niet uit of je arm bent of rijk het maakt niet uit of je gestudeerd hebt of niet
het maakt niet uit waar je wieg stond
alleen wie van binnen is van hoge komaf
wie gratie verlenen kan
wie eigen leven aan durft kijken
wie verantwoordelijkheid neemt daarvoor
die vindt die schat
wie is zo groot dat hij zijn knieën buigen kan
wie is van zo`n statuur dat hij kan zeggen
zo had het niet gemoeten
wie weet de deur te vinden van de man van de vrouw die hij heeft kwaad gedaan
weinigen heel weinigen
daarom blijft het leed bestaan
daarom wordt je overspoeld door modderstromen
vulkanen
die opspatten steeds maar weer
weinigen
kunnen zeggen zo had het niet gemoeten
weinigen heel weinigen
kunnen zeggen
ik heb berouw
weinigen heel weinigen
kunnen het kleed van hun leven omhoogtrekken
daar waar het vuil te rotten ligt
weinigen kunnen
de sluier opheffen
de zwarte bril afdoen
en
verantwoordelijkheid nemen
daarom blijven alle puinhopen bestaan
daarom vloeken zo zwart zo inktzwart
vloeken onder zwarte hand
daar is leven niet meer mogelijk
dan stort alles in elkaar
en NOOIT is het ZIJN schuld
nooit maar dan ook nooit
HIJ stuurde boodschappers HIJ stuurde waarschuwers
daarom zal nooit het ware LICHT kunnen schijnen
daarom .. omdat de mens niet buigen kan
daarom alles nep alles schijn alles klatergoud
geen verantwoordelijkheid nemend voor eigen daden
daarom blijven
obstakels puinhopen zo zwart en zo veel bestaan
hoger wordend tot je er onder bedolven raakt
nooit maar dan ook nooit is het de schuld van mijn HEER
HIJ is goed enkel en alleen maar goed
de mens wil niet horen
daarom graaft hij zelf zijn graf
alleen wie buigen kan
alleen wie zeggen kan HEER wat heb ik gedaan
wat heb ik U wat heb ik de ander gedaan
alleen wie de weg weet naar de mens die hij verleugend heeft
die man die vrouw is dichtbij de overwinning
alleen die man die vrouw is dichtbij de SCHAT
de HEMELSE SCHAT
die van
ONSCHATBARE WAARDE IS
HIJZELF doet ZIJN overwinnaar de parelketting om
HIJZELF kleed ZIJN liefsten in het wit
HIJZELF ziet nauwlettend toe
HIJZELF rijkt alles aan elk woord elk ding en elke ontmoeting
HIJZELF is HEER van deze mens
hij is ZIJN SCHAT
zij is ZIJN SCHAT
geen moment is HIJ daar niet
HIJZELF kroont met gouden kroon
kostelijk zijn mij UW woorden HEER
niets is mij liever dan
UW woorden
wonen in Uw woorden
zijn in Uw woorden
leven in Uw woorden
Uw woorden die mij schoonspoelen reinigen
helemaal
Uw woorden Uw spreken het is mijn leven
Uw woorden ik drink ze gulzig
ik drink ze heel de dag
denk erover na
mediteer
woon erin
wat een geluk wat een zaligheid
Uw spreken Uw woorden
U mijn geliefde U mijn zo beminde HEER
dat U ons dat dat U mij dat gaf
UW WOORDEN
UW SPREKEN
UW ZIJN
het is mij lief meer dan ik U zeggen kan
ik dank U ik dank U met heel mijn hart
U bent het die mij ze zegt U bent het die ze fluistert in mijn oor
Heer U mijn geliefde U mijn alles
U mijn al en everything
iedereen wil ik U vertellen
iedereen wil ik U laten zien
iedereen zeggen en vertellen
er is een HEER
er is een zo goede alleen maar liefdevolle HEER
al het kwaad al het boos het komt niet uit HEM
niet uit de Hand van mijn GOD
er is een god een kwade god uit die zwarte in en in zwarte hand
van die vreselijke god
daar komt het kwaad vandaan
die stort in verderf
hij is verderf
die martelt die dwingt
hij is dwang
die hand zit vol verleiding
is verleiding
hij zegt hij is god
maar is het niet
hij is de kwade geest
hij is de anti-christ het beest uit de afgrond
in en in ge,meen
hij maakt kapot hij verpulvert ieder die drinkt uit zijn hand
wie toehapt maakt hij kapot
het kwaad is niet uit GOD
mijn GOD is goed enkel en alleen maar goed
JEZUS heeft HEM laten zien
HIJ de ZOON DER ZONEN
HIJ DE ZOON VAN GOD
HIJ houdt van mij maar liefste ook van jou
net zoveel
ik ben gered ook jou wil HIJ redden
uit alle pijn uit elk verderf
uit elke dwang van elke vloek
niets is Heerlijker dan te wonen en te zijn in ZIJN liefde
die heelt en geneest
wanneer je HEM toelaat en HEM gelooft
word je de gelukkigste op aard
en mag je redden in ZIJN NAAM
wie recht doet zal U vinden
wie zoekt zal U zien
U laat zich vinden
U laat zich zoeken
wees puur van hart
wees rein van hart
alleen zo kun je de HERE zien
horen en spreken
liefste jij jij die hier bent
mij leest mij hoort en handelt ernaar
wees gezegend en je zult gezegend zijn
ik schrijf ZIJN woorden ben vol ervan
stroom over ervan ze zijn in mijn hart
ze branden op mijn lippen
ZIJN woorden die ik na spreek en getuig ze doen wat ze beloven te doen
gezegend de reine van hart zij/hij ziet de HERE
zij die lieven gezegende woorden
zijn gezegende mensen
ze stralen ze schitteren ze juichen
hun mond staat nooit stil
ze dienen de HEER in witte kleren
gewassen door JEZUS zelf
wees puur van hart wees zuiver van hart
wees oprecht wees vriendelijk
altijd eerlijk
niemand kan HEM zien zonder een rein en puur hart
schoongemaakt
gewassen door JEZUS ZELF
houd je aan ZIJN voorschriften
dan gaat het je goed
heb respect voor de reinheid van het huwelijk
dien geen afgoden
een afgod is dat wat
wat meer waarde voor je heeft dan het Woord van GOD
je wordt verscheurd innerlijk verscheurd
langzaam tot het zijn volheid heeft bereikt
jouw ondergang
dat doet de god die in de wereld is
dien de HERE heb een zuiver hart
vraag HEM en HIJ zal antwoorden
alle antwoorden heeft HIJ
ze liggen in ZIJN Woord
HIJ schrijft ze in je hart
de warboel in de mensen is groot
door zonde die niet is goedgemaakt
het wordt groter dan groot
het maakt je kapot verslindt je helemaal
hoe gelukkig de mens die zijn zonden erkent
wie witgewassen is
rein puur zuiver
gezegend door de HERE
dat is de hemel op aard
de hemel in jou
wie al zijn antwoorden van HEM verwacht
en zoekt bij HEM
ontvangt van HEM
geen afgoden geen andere goden
geen andere boeken dan ZIJN BOEK
het BOEK der BOEKEN
daar staat alles in
dat boek spoelt je schoon
toont je alles is het BOEK des Levens
HIJ legt het uit HIJ laat je het juiste woord zien op het juist moment
precies wat jij wat ik nodig heb vandaag op dit moment
het is een wonder
dat leven GODS
het werkt alleen door geloof
in geloof
geloof voor jouw persoonlijke situatie
wanneer je naar afgoden luistert
dat wat niet is uit GOD
je raakt jezelf kwijt
je weet niet meer
alles wordt twijfel
straf volgt onverwacht het slaat je neer
niet door GOD
maar door de god die je dient
de god die zich voor doet als
de na-aper van GOD
ZIJN leiding is volkomen volmaakt
het staat in ZIJN oord
je komt
in ZIJN klimaat
Zijn woorden zijn constant in je hart en op je lippen
wat een feest wat een weelde waar je dan in leeft
wanneer juist ZICHT ontbreekt
doe je maar wat
vandaag dit en morgen dat
het is wanorde chaos
wie een eed heeft gedaan
trouw heeft beloofd
en niet nakomt
raakt alles kwijt
zichzelf geheel
wees niet bang voor valse beschuldiging
wie de geheel andere is wordt vals beschuldigd
maar het oordeel van JEZUS daar gaat het om
HIJ keert ZIJN loon uit
voor wie leeft met HEM
nu en straks
de gevolgen van het volgen zijn Hemels
je leeft met HEM
elk moment
zoals je leeft met je partner
HIJ is er HIJ is bij je
en dat ervaar je
meer dan fysiek is HIJ
HIJ is in je
dichterbij dan ooit iemand komen kan
U mijn LICHT
gezegend LICHT
vol van zegen GODS
U mijn Here mijn oogverblindend LICHT
zo helder zo schoon
waar ik in zien mag
waar ik in wonen mag
waar ik in weten mag
U het belangrijkste het aller aller belangrijkste in mijn leven
U en het volgen van U
U mijn LICHT LICHT van God
U beschijnt mij en daarom zie ik
U hoort mij en daarom hoor ik
U bent mijn LICHT LICHT van God
door dat LICHT word ik beschenen
overschenen dag en nacht
elk duister ding
elke foute keuze beleden onder diep berouw en spijt
weggedaan ver weg van mij
ver weg van U
daarom kunt U mij beschijnen elk obstakel elke ballast weg
U hebt scheiding aangebracht in mij
mij getoond wat weg te doen
ik heb gehoord geantwoord U
met daden en met woorden
U hebt
aangewezen exacter dan exact
zo exact en zo precies bent U
volkomen
volmaakt is UW HAND
UW HAND die werkt in mij en om mij
scheiding moet er zijn
scheiding van het kwaad
scheiding van de zonde
scheiding van hen die in de zonde leven
en geen scheiding aanbrengen in hun leven
twee heren dienen kan nooit
er is één die de overhand krijgt
scheiding moet er zijn
mijn weg is vrij
U kunt erdoor
U kunt eroverheen
U kunt mij bereiken
ik heb schoongemaakt
weggedaan
alles wat niet bij mij hoort
wat een weelde wat een leven wat U geeft
wat niet bij mij hoort hoort niet bij U
LICHT hoe zou ik moeten leven zonder LICHT
ik zou versluierd zijn
een huis waar geen licht in komt
is donker
leeft niet
zo de mens zonder U
in duisternis gevangen
vloek rondom
alles donker
weten is niet meer
marionet in het duister
is hij is zij wie geen scheiding aanbrengt
wie niet gaat aan de slag
wie heeft de touwtjes in Zzijn handen van jouw leven
onderzoek je
onderzoek je grondig
zonder LICHT
ik zou in het donker zijn
ver weg van U
in het rijk waar demonen heersen
waar ze
pressen duwen sprekend zo luid
dwang altijd dwang
altijd moeten
je doet wat ik je zeg
anders zwaait er wat
angst bang heel bang
dat is de mens die in het duister leeft
ieder mens heeft een keus
wie zijn knieën werkelijk buigt wordt gehoord
in het rijk waar schaduw is en dood
waar geen spreken van U is
waar spreken van boze geesten is
goden vereerd
goden aanbeden
naar vreemde goden wordt gehoord
HEER mijn hart huilt om die mens
net als het UWE
geen tijd voor U
geen beraadt met U
geen horen naar U
geen verstaan
geen begrijpen
geen verstand wat door U wordt verlicht
ik zie nauwlettend toe op mijn leven
ik bewaak mijn leven
zie op U
want zonder U
geen stap kan ik verzetten
zonder LICHT
ik zou doodgaan
zonder LICHT
is geen leven
daar is leven niet mogelijk
daar is dwang pressie moeten dwingen
intense pijn
velen velen zijn in het LICHT met U begonnen
maar hebben U de rug toegekeerd
zijn niet meer bij U
andere bronnen zijn hun god geworden
verstoken van LICHT
alles zwart alles duister
vele vele velen
eens van U nu niet meer
geen heilig leven
maar leven in onheiligheid
losbandigheid
alles kan en alles mag
zonde men weet niet meer wat het is
alles is goed
alles kan en alles mag
ver weg van U
verstoken van UW LICHT
niet omgezien naar U
belofte niet waargemaakt
de aarde gaat kapot
waar zoveel zonde wordt gedaan
waar niet opgetreden wordt tegen onrecht en verdrukking
maar meedoen
geen zout zij
maar laf en zoutloos
van de aarde zijn
niet meer de geheel andere
maar opgegaan in de wereld met zijn verleiding
geen heilig leven maar onheilig leven
wie niet rein is van hart kan U niet zien
eens van U nu niet meer
eens rechtvaardig nu niet meer
zoveel water bij de wijn gedaan
hoe moet U ze bereiken
hoe moet ik ze bereiken
ze willen niet
hebben de zonde lief
hebben het kwaad lief
daarom heeft de duivel de wereld in zijn macht
want naar wie je hoort daar ben je van
die heeft over je te zeggen
HEER mijn hart huilt
eens bij mij
eens bij U
nu niet meer
andere goden liefgehad
verstoken van elk licht
alles donker
altijd in angst
geen zekerheid
geen bekering geen berouw
hoe moet U ze bereiken
hoe moet ik ze bereiken
maar hen die U mij gaf
mijn geliefden
ze worden los gebeden
sloten grendels ik breek ze middendoor
door gebed door heilig gebed
gebed wat nooit stopt
het gebed wat U mij bidden doet
het gebed wat ik samen bid met U
U gaat mij voor
U zegt UW woord tot mij in mij legt U het
U laat mij lezen
U laat mij zien
U spreekt diep in mijn hart
ik ben verwonderd verbaasd over wat U doet
mijn verbazing en verwondering neemt steeds grotere proporties aan
Uw plan met mij en mijn geliefden
Uw plan met de aarde die U volkomen herstellen en genezen gaat
U met de Uwen
de klaargemaakten de bevrijden zullen verlossers zijn
Uw verlossers zullen zij zijn
door gebed
intens gebed
door de totaal andere te zijn
zo zal elke vloek naar de afgrond gaan